Een aanvulling op het archiefbestand dat afkomstig was van het ministerie van Financiën resulteerde in een herbewerking en een nieuwe nummering. Er is een concordantie aangelegd van de oorspronkelijk gebruikte inventarisnummers met een verwijzing naar de nieuwe nummers.

22,5 meter

609 inventarisnummers

Alfabetisch

Thematisch

In het archief is een onderscheid gemaakt tussen oorlogsgerelateerde en niet-oorlogsgerelateerde archiefbescheiden. De oorspronkelijke rubrieksindeling is gehandhaafd en waar nodig aangevuld.

De archiefbescheiden zijn geordend aan de hand van de Basis Archiefcode.

papier

volledige openbaarheid

Niet bekend

Bij brief van 9 januari 1990 heeft de Rijksarchiefdienst een voorstel tot incidentele vernietiging van archiefbescheiden van de Generale Thesaurie goedgekeurd.

Naast deze incidentele vernietiging heeft de Centrale Archiefselectiedienst bescheiden vernietigd aan de hand van de lijst van de te vernietigen archiefbescheiden van het ministerie van Financiën die vastgesteld is bij de beschikking van de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, en de minister van Financiën d.d. 20 september 1983, voor welke vernietiging het hoofd van de Afdeling Algemene Secretarie toestemming heeft verleend bij brief d.d. 26 februari 1987.

In het archief is een onderscheid gemaakt tussen oorlogsgerelateerde en niet-oorlogsgerelateerde archiefbescheiden. De oorlogsgerelateerde bescheiden hebben onder andere betrekking op:

de inning en betaling van gelden.
de regeling rechtsverkeer in bijzondere omstandigheden. Het betreft stukken die betrekking hebben op werkzaamheden van de Commissie van Toezicht Waarborgfonds Rechtsherstel, Stichting Joods Maatschappelijk Werk (JMW), de Raad voor het Rechtsherstel, het Nederlands Beheersinstuut, het Waarborgfonds Rechtsherstel en de Liquidatie van Verwaltung Sarphatistraat (LVVS).
het beheer van vijandelijk vermogen.
buitenlandse aangelegenheden.
de behandeling van verzoeken tot teruggave van tijdens de Tweede Wereldoorlog uit Nederland gestolen en geroofde (duplicaat-)effecten, obligaties, goederen, kunst en goud.
de behandeling van verzoeken tot afwikkeling van het beheer over vermogensbestanddelen (betaalmiddelen, ruilmiddelen en muntwezen).
de behandeling van verzoeken tot afgifte van aan de Nederlandse Staat vervallen duplicaten, vervangende waarden of opbrengsten van niet (tijdig) aangemelde, cq. geopponeerde effecten.
de instelling, samenstelling en werkzaamheden van de Commissie Rechtsherstel Buitenlandse Effecten (CRBE), de Commissie Duplicaat Effecten (CDE), het Centraal Afwikkelingsbureau Duitse Schade-Uitkeringen (CADSU).
de afwikkeling van claims die zijn ingediend door oorlogsgetroffenen. Het betreft stukken die in het kader van de uitvoering van het Bundesrückerstattungsgesetz (BRüG) en de Bundesentschädigungsgesetz (BEG) onder andere betrekking hebben op het overleg met het Centraal Afwikkelingsbureau Duitse Schade-Uitkeringen (CADSU) en de Stichting van Joodse Kerkgenootschappen en Sociale Organisaties in Nederland voor Schadevergoedingsaangelegenheden (Stichting JOKOS).

Het archief bevat dossiers, met stukken die betrekking hebben op verzoeken van of namens individuele belanghebben in het kader van het Besluit Vijandelijk Vermogen (Stbl. E 133) (inv. nrs. 152-179), de Wet Herstel Vermogensovergang Rijksmarkengebied ("Markenwet") (Stbl. H 251) (inv. nrs. 330-359), het effectenrechtsherstel (inv. nrs. 366-411; 412-425) en de aanvraag voor een uitkering wegens nazi-vervolging (inv. nrs. 483-504). Deze verzoeken zijn op alfabetische volgorde geordend op naam van belanghebbende.

Tijdens de bewerking zijn archiefbescheiden uit de persoonlijke collectie van mr. J.C.W.M. Huysmans, directeur van de Directie Bewindvoering/secretaris-generaal (inv. nrs. 85-124) aan het archief toegevoegd.

Het archief van de Afdeling Bewindvoering en opvolgers van de Generale Thesaurie over de periode 1945-1965 is in twee delen toegankelijk gemaakt. Het eerste deel (toegangsnummer 2.08.52) beslaat de periode 1945-1954. Het tweede deel (toegangsnummer 2.08.53) heeft betrekking op de periode 1954-1965. Als scheiding is het jaar 1953 aangehouden. In dat jaar werd het dossierstelstelsel als archiefordening ingesteld. Tijdens de bewerking zijn door de Centrale Archief Selectiedienst (CAS) aan beide archiefdelen bescheiden toegevoegd die qua periodisering thuishoorden in hetzij archiefdeel 1945-1954, hetzij in archiefdeel 1954-1965. Als einddatum is 1965 aangehouden, in dat jaar werd de archiefcode van het ministerie van Financiën gewijzigd.

Officieel hebben de afdelingen van het ministerie van Financiën tot de invoering van het dossierstelsel per 1 mei 1953 hun archieven geordend volgens het verbaalstelsel. Besluiten werden chronologisch geordend op datum van afdoening en per dag afgenummerd. In de praktijk kozen verschillende afdelingen voor een ordening volgens het rubriekenstelsel. Nadat de betreffende stukken waren geregistreerd in de centrale afdoeningsagenda, werden ze uit het verbaalarchief gelicht en geordend tot bundels op onderwerp. Tot de invoering van het dossierstelsel heeft dit rubriekenstelsel gefunctioneerd.

verantwoording

colofon