Het Militair Gezag, Sectie III, C.E. van Beuningen-Fentener van Vlissingen en E. Timmenga-Hiemstra.
Aanleiding voor oprichting
Na de bevrijding van het zuiden van Nederland, namen C.E. van Beuningen-Fentener van Vlissingen en E. Timmenga-Hiemstra de taak op zich op familieleden van oud-gevangenen van het Kamp Vught te informeren. Reeds tijdens de oorlog hadden deze twee dames gezorgd voor voedselpakketten voor de gevangenen van het kamp. De administratie die hierbij werd aangelegd diende als basis voor het op te hoogte brengen van de familieleden van de gevangenen in kamp Vught over hun verblijfplaats.
Op 23 november 1944 werd opdracht gegeven om ten behoeve van het Militair Gezag alle (in Eindhoven, St Michiels-Gestel en Vught) beschikbare gegevens te verzamelen en uit te zoeken, betreffende de personen die verbleven hebben in de kampen te Vught en te Sint Michiels Gestel (Beekvliet) (gijzelaars); Ruwenberg (civiel geïnterneerden voor Nederlands Oost Indië) te beginnen met die omtrent het kamp Vught.
Het Militair Gezag, dat na de bevrijding verantwoordelijk was voor het bestuur in Nederland, besloot dat de informatieverstrekking over ex-gevangenen van de kampen Vught en Sint Michielsgestel, geformaliseerd moest worden en richtte in samenwerking met C.E. van Beuningen-Fentener van Vlissingen en E. Timmenga-Hiemstra het Afwikkelingsbureau Kamp Vught op.
Na de algehele bevrijding op 5 mei 1945 breidde de taak van het Afwikkelingsbureau zich uit tot alle kampen in Nederland en werd de naam gewijzigd in Afwikkelingsbureau Concentratiekampen.
Vanaf december 1945 was ABC ondergebracht bij een stichting
Inrichting van de organisatie
Inrichting van de organisatie
A. Timmenga - hoofd van het bureau.
Ir. R.C. Broek - waarnemend Hoofd.
Secretariaat - hoofd: P.C.M. Brejaart-de Wit.
Afdeling Inlichtingen - hoofd: H.H. Duzink.
Afdeling Opsporing.
Afdeling Documentatie - hoofd: G.J. Jansen.
Afdeling Joodsch Recherchewerk.
Afdeling Kartotheek - hoofd: H.H. Nieukerke.
De afdeling Joodsch Recherchewerk is de voortzetting van het Informatie Werk van de Nederlandse Israëlitische Gemeente te Utrecht. Het Inlichtingenbureau ex-Politieke Gevangenen van de PARI (Plaatselijke Advies Raad der Illegaliteit) is opgegaan in de afdeling Opsporing.
Positie binnen de organisatie
Het Afwikkelingsbureau werd opgericht door het Militair Gezag, Sectie III. Vanaf 27 juni 1945 werd het Afwikkelingsbureau onder het het ministerie van Sociale Zaken geplaatst. In december van datzelfde jaar werd het Afwikkelingsbureau ondergebracht bij het Nederlandse Rode Kruis dat zich ook bezig hield met de opsporing van vermiste personen en de informatieverstrekking hierover.
Taken
Doel van de opdracht aan ABC was:
Na te gaan
Wie er in de Duitse Concentratiekampen zijn geweest.
Wat er daarna met hen is gebeurd o.a ontslagen, vervoerd, ontvlucht, overleden, gefusilleerd of op ander wijze om het leven gebracht.
De verkregen gegevens voor verschillende doeleinden beschikbaar te houden ten behoeve van
De familie van de personen desgevraagd in te lichten omtrent hun lot.
Gegevens te verstrekken voor:
Onderzoek door de politie.
Onderzoek bij terugkeer uit het buitenland van daarheen overgebrachte personen.
Bijwerken van de register van de Burgerlijke Stand.
Bijwerken van de bevolkingsboekhouding.
Het ontwerpen van wettelijke voorschriften om mogelijke leemten weg te nemen in de wetgeving met betrekking tot de registers van de Burgerlijke Stand en de bevolkingsboekhouding, alsmede omtrent burgerrechtelijke verhoudingen.
Het opsporen van vermisten.
Het onderzoek naar oorlogsmisdadigers.
Na de onderbrenging van het Afwikkelingsbureau Concentratiekampen bij het Nederlandse Rode Kruis, concentreerde het Afwikkelingsbureau zich op het vergaren van informatie over gevangenen, inclusief joodse gevangenen, uit tuchthuizen, gevangenissen en concentratiekampen. ABC werkte daartoe samen met de Joodse Coördinatie Commissie. Er was afgesproken dat binnengekomen aanvragen bij het Centraal Registratiebureau voor Joden dat onder de JCC viel door gestuurd zouden worden naar ABC. Het Informatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis nam de opsporing naar vermiste krijgsgevangenen, dwangarbeiders en vermisten in Indonesië over.
Ten behoeve van de opsporing bracht ABC het blad Reveille uit, waarin oproepen werden geplaatst over vermiste personen. Familieleden konden oproepen plaatsen met verzoeken om informatie over deze vermiste personen. Reveille verscheen in 1946. Na opname van ABC in het Informatiebureau, ging het Informatiebureau verder met het uitgeven van een blad als Reveille. Dit werd Appèl. Voorts werden repatrianten ondervraagd of werden er enquêtes gestuurd naar gerepatrieerden waarbij werd gevraagd naar inlichtingen omtrent de nog steeds vermisten.
In eerste instantie bleef ABC een zelfstandige entiteit die zijn werkzaamheden uitvoerde onder het hoofdbureau van het Nederlandse Rode Kruis. Begin december 1946 besloot de minister van Sociale Zaken tot centralisatie van de opsporingswerkzaamheden. De opsporingstaak kwam geheel bij het Informatiebureau te liggen onder supervisie van de minister van Sociale Zaken. Voor ABC betekende dit dat het opgeheven werd en als afdeling van het Informatiebureau werd opgenomen. ABC was het hier niet mee eens en de leiding van ABC bood haar ontslag aan. Half december 1946 werd ABC toegevoegd aan het Informatiebureau.
De inventaris bevat een historische en archivistische inleiding.
Omvang
3,8 meter; 129 inventarisnummer
Archiefordening
Alfabetisch
Thematisch
Informatiedrager
papier
Openbaarheid
beperkte openbaarheid
Toelichting
Het archief is in zijn geheel beperkt openbaar. Het is slechts raadpleegbaar na verkregen toestemming van de directeur van het NIOD. Voor bezoekers die deze toestemming willen hebben, ligt een formulier bij de balie van de studiezaal van het NIOD.
Selectie en vernietiging
Na de opheffing van het Afwikkelingsbureau Concentratiekampen is een deel van het archief (niet zijnde de persoonsgegevens) overgedragen aan het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie (voorloper NIOD). Bij de inventarisatie van het archief zijn alleen dubbele stukken vernietigd.
Analytische beschrijving van het archief
Het archief van ABC geeft een goed beeld van de activiteiten van de organisatie. Het bevat veel dossiers over de opsporing van vermiste personen, in het bijzonder joden en ex-politieke gevangenen, en de zorg aan oorlogsgetroffenen. Een aantal archiefbestanden, waaronder de ABC-cartotheek en de OR-formulieren (Opgaven Representanten) is overgedragen aan het Informatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis na opheffing van ABC. De rest van het archief is door de leiding van ABC overgedragen aan het toenmalige Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie.
Het archief van ABC is onderverdeeld in de volgende onderwerpen:
Hulp aan gevangenen in kamp Vught tijdens de bezetting.
Oprichting en organisatie.
Opsporing van vermisten.
Sociale verzorging van voormalig gevangenen.
Retourneren van bezittingen van gevangenen.
Archiefstukken van organisatie/persoon in andere archieven
De Opgaven Representanten zijn overgedragen aan het Informatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis. Dit zijn formulieren met verklaringen van mensen die na afloop van de oorlog terugkeerden uit concentratiekampen. De volgende gegevens werden genoteerd:
Naam.
Voornamen.
Geboortedatum.
Laatste woonadres in Nederland.
Adres van naaste familie.
Waar en wanneer gearresteerd.
Welke kampen achtereenvolgens gevangen gezeten en onder welk nummer.
Mogelijke inlichtingen over mishandelingen.
Namen en gegevens van personen die gelijktijdig zijn gearessesteerd of gevangen hebben gezeten.
De gegevens van de verklaringen van de Opgaven Representanten zijn verwerkt in een kaartsysteem. Deze ABC-cartotheek is ook overgedragen aan het Informatiebureau.
Archief van het Afwikkelingbureau Concentratiekampen: Opgaven representanten; ABC-cartotheek; lezerscartotheek Reveille
Opgaven representanten: ca 16.300 formulieren, 10 dozen, nrs. 1-16300
ABC-cartotheek: ca. 78.000 kaarten; 72 bakken
Archiefordening
Alfabetisch
Numeriek
Toelichting
De Opgaven representanten zijn numeriek opgeborgen
Informatiedrager
papier
Openbaarheid
beperkte openbaarheid
niet openbaar
Toelichting
Het archief is niet openbaar. Inzage in het eigen persoonsdossier is wel mogelijk. Inzage in of informatie uit het dossier van een nog levend familielid, is alleen mogelijk met de schriftelijke toestemming van de betrokken persoon vanwege de privacy.
In voorkomende gevallen kan medewerking worden verleend aan wetenschappelijk onderzoek. Er dient daartoe een schriftelijk verzoek ingediend te worden gericht aan het hoofd van de afdeling. In dit verzoek moet de vraagstelling en het onderzoek beschreven worden en vermeld worden in welk kader het onderzoek wordt verricht (afstudeerscriptie, artikel, promotie, et cetera). Als de toestemming wordt verleend, zal de onderzoeker een archiefverklaring moeten tekenen om toegang te verkrijgen tot de gegevens. Het onderzoek zal worden begeleid door één van de behandelaars van de afdeling.
Selectie en vernietiging
Geen verdere informatie over bekend
Analytische beschrijving van het archief
ABC is opgegaan in het Informatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis. De cartotheken, lijsten en stukken betreffende het geven van inlichtingen zijn overgedragen aan het Informatiebureau. De rest van het archief van ABC is geschonken aan het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie.
De Opgaven representanten zijn door het Afwikkelingsbureau Concentratiekampen overgedragen aan het Informatiebureau. De Opgaven representanten zijn verklaringen van mensen die na afloop van de oorlog terugkeerden uit concentratiekampen. Hen werd gevraagd op te schrijven met welk transport zij zijn afgevoerd, in welke kampen zij hebben gezeten, hoe de situatie daar was en wanneer zij in de kampen hebben gezeten. Ook werd gevraagd inlichtingen te geven over mede-gevangenen. Aan de hand van deze gegevens kon het lot van andere vermiste personen weer bepaald worden.
De cartotheek van het Afwikkelingsbureau Concentratiekampen verwijst naar alle namen voorkomend in de collectie Opgaven Representanten. Omdat ABC bij de opsporing van ex-politieke gevangenen geen onderscheid maakte tussen joden en niet-joden en het Informatiebureau wel, zijn alle kaartjes bevattende gegevens over joden door het Informatiebureau gelicht en overgedragen aan de Afdeling J van het bureau. De gegevens van de kaartjes van de ABC-cartotheek werden overgenomen op die van de cartotheek van het Informatiebureau. Tot in de jaren tachtig van de twintigste eeuw zijn er kaarten aan de ABC-cartotheek toegevoegd.
Het Informatiebureau bezit voorts de ingekomen brieven ontvangen naar aanleiding van opsporingsverzoeken in het blad Reveille en de lezerscartotheek van Reveille. Deze lezerscartotheek bevatte 5500 namen van ex-politieke gevangenen. De lezerscartotheek van Reveille werd vergeleken en samengevoegd met de lezerscartotheek van het blad Appèl van het Bureau Ex-Politieke Gevangenen Stichting 1940-1945. Het blad Appèl was een soortgelijk blad als Reveille. Na vergelijking en het verwijderen van de dubbele namen hield het informatiebureau een lezerscartotheek over bevattende 10.000 namen van ex-politieke gevangenen.
Verdere stukken:
Ingekomen brieven en afschriften van uitgaande brieven met inlichtingen over getroffenen van de afdeling Joodsch Recherchewerk.
Stukken betreffende personen die in Nederlandse gevangenissen gevangen zaten.
Diverse stukken over (Joodse) repatrianten, getroffenen en overleden personen.
Lijst geordend per kamp met gegevens over personen met een joodse achtergrond die (mogelijk) zijn gerepatrieerd.
Kaartsysteem betreffende personen die in Scheveningen gevangen zaten aangelegd door het Afwikkelingsbureau Concentratiekampen, na de oorlog.
Plaatsingslijst op de staten betreffende de gevangenen in de gevangenissen van Scheveningen en Utrecht.