De commissie is ingesteld door minister-president dr. J.E. de Quay bij beschikking van 31 januari 1961, nr. 139094. De commissie is geïnstalleerd op 2 maart 1961.
Oprichters
Minister-president dr. J.E. de Quay
Aanleiding voor oprichting
Advisering inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging.
Inrichting van de organisatie
dr. W. Drees, minister van Staat (voorzitter)
mr. J.A.Z.H. van der Poel, administrateur bij de Directie Bewindvoering van het ministerie van Financiën (secretaris)
dr. G.H.J. van der Molen, hoogleraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam (lid)
mr. H.A.M.T. Kolfschoten, burgemeester van ‘s-Gravenhage (lid)
Ambtelijke adviseurs verbonden aan de commissie:
mr. W.G. Belinfante, raadsadviseur in algemene dienst bij het ministerie van Justitie (tot 09-01-1962)
mr. A.J.Th. Hofman, referendaris bij het ministerie van Buitenlandse Zaken
mr. J.C.W.M. Huijsmans, directeur Bewindvoering bij het ministerie van Financiën
mr. O.W.S. Josephus Jitta, raadsadviseur bij het ministerie van Algemene Zaken
mr. J.P.F.H. Kloppenborg, plv. secretaris-generaal bij het ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid
dhr. P. Versteeg, chef van de Onderafdeling Oorlogsslachtoffers en andere groepen bij het ministerie van Maatschappelijk Werk
mr. W.J. van Eijkern, raadsadviseur bij de Stafafdeling Wetgeving bij het ministerie van Justitie (vanaf 09-01-1962)
Doelstelling
Advisering van de Nederlandse regering inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging. De doelstelling van de commissie had uitsluitend betrekking op de taakuitoefening bij de BEG-uitkeringen.
Taken
De commissie had tot taak de Nederlandse regering te adviseren over:
a) de regels volgens welke een door de Duitse Bondsregering ter beschikking gesteld bedrag van DM 125.000.000,-- ten behoeve van nazi-slachtoffers diende te worden verdeeld;
b) de instantie, welke diende te worden belast met de behandeling en afwikkeling van de individuele aanmeldingen.
Bij de instellingsbeschikking werd iedere overheidsinstantie binnen het Koninkrijk gemachtigd tot het verstrekken van de inlichtingen, die door de commissie zouden worden gevraagd.
Op 8 maart 1961 is door de commissie een interim-advies uitgebracht. Het definitieve advies is op 17 april 1962 verschenen.
Omvang: 126 pagina’s. De inventaris bevat een historische en archivistische inleiding (blz. 5-18). De toegang op het archief van de Commissie van Advies inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging maakt hier onderdeel van uit.
Aantal inventarisnummers
2 inventarisnummers
Archiefordening
Thematisch
Informatiedrager
papier
Openbaarheid
beperkte openbaarheid
Verloren geraakt
Niet bekend
Selectie en vernietiging
Niet bekend
Analytische beschrijving van het archief
Het archief van de Commissie van Advies inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging bevat correspondentie en documentatie betreffende het opstellen van het ontwerpadvies en het rapport van 17 april 1962.
Deelarchieven/ gedeponeerde archieven
In het archief van de Commissie van Advies inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging bevinden zich noch archivalia van andere archiefvormers noch gedeponeerde archieven.
Archiefstukken van organisatie/persoon in andere archieven
Het archief van de Commissie van Advies inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging maakt deel uit van het archief van het Centraal Afwikkelingsbureau Duitse Schade-uitkeringen (CADSU), 1959-1966.
De archieven van de ministeries voor Algemeene Oorlogvoering van het Koninkrijk (AOK) en van Algemene Zaken (AZ): Kabinet van de Minister-President (KMP) bevatten stukken van de Commissie van Advies inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging.
Archieven van de ministeries voor Algemeene Oorlogvoering van het Koninkrijk (AOK) en van Algemene Zaken (AZ): Kabinet van de Minister-President (KMP)
Omvang: 1214 pagina’s. De inventaris bevat korte inleiding op de Commissie van Advies inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging (blz. 1118).
Omvang
314 meter
Aantal inventarisnummers
12489 inventarisnummers waarvan de inventarisnummers 11941-11948; 12287 betrekking hebben op de Commissie van Advies inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de Nationaal-Socialistische vervolging
Archiefordening
Alfabetisch
Thematisch
Informatiedrager
papier
Openbaarheid
beperkte openbaarheid
Toelichting
Op inventarisnummer 12287 berust een voorwaardelijke openbaarheid.
Verloren geraakt
Niet bekend
Selectie en vernietiging
Het archief van de Commissie van Advies inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging werd in 1995 door de Centrale Archief selectiedienst bewerkt, grotendeels op basis van reeds bestaande separate toegangen.
Analytische beschrijving van het archief
Het archief bevat:
teksten van installatieredes
correspondentie met overheidsinstanties, niet-overheidsinstanties en particulieren
stukken afkomstig van de notaris aan de leden
nota's van de secretaris aan overheidsinstanties en –personen
vergaderverslagen,
het rapport van de Commissie
Archiefstukken van organisatie/persoon in andere archieven
Het archief van het Centraal Afwikkelingsbureau Duitse Schade-uitkeringen (CADSU), 1959-1966 bevat bescheiden van de Commissie van Advies inzake uitkeringen ten gunste van Nederlandse slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging.