De commissie moest zich buigen over een toekomstige wachtgeld- en pensioenregeling voor de opvarenden van de koopvaardij, die gedurende de oorlog onderworpen waren geweest aan het vaarplichtbesluit. Beide regelingen dienden een 'bijzondere belooning' te zijn voor de door de zeelieden gedurende de oorlog bewezen diensten. De commissie diende op 28 mei 1945 een voorlopig rapport in. Naar aanleiding van dit rapport werd de Commissie Groeneveld opgericht.