Waardering van de repatriëring en opvang

De Nederlandse repatrianten waren verdeeld in hun mening over de ontvangst in Nederland. Sommigen hadden de ontvangst als hartelijk ervaren, anderen waren niet tevreden over de repatriëring van de Nederlanders in de eerste maanden na de bevrijding.[1] De overheersende mening was dat de repatriëring van Nederlanders te laat op gang kwam en dat de opvang van de repatrianten in Nederland te wensen over liet. Landen als België en Frankrijk hadden vaak al veel eerder hulpteams in concentratiekampen. Dit was echter mogelijk vanwege de eerdere bevrijding van die landen. Nederland was niet in staat eerder teams te zenden, mede ook door het te kort aan met name vrachtauto’s.

Voormalige politieke gevangenen

Voor de ex-politieke gevangenen verliep de repatriëring teleurstellend, daar zij gerekend hadden op een meer speciale behandeling, die zij volgens velen verdienden. De voormalig verzetsstrijders hadden zich ingezet voor het vaderland en hadden hun leven op het spel gezet. De Nederlandse overheid besloot echter geen onderscheid te maken tussen categorieën repatrianten: dwangarbeiders, joden, ex-politieke gevangenen en ook ‘foute’ Nederlanders werden allemaal gekwalificeerd als displaced persons en kwamen dus voor repatriëring in aanmerking. Van een versnelde repatriëring van de ex-politieke gevangenen was dan ook geen sprake en evenmin vond een passend ontvangst in Nederland plaats.

De Grote Advies-Commissie der Illegaliteit - waarin organisaties uit de illegaliteit waren verenigd - oefende scherpe kritiek uit op het regeringsbeleid inzake de repatriëring. De auteur van het Witboek van de Grote Advies-Commissie der Illegaliteit, H.W. Sandberg, schreef:

“De repatriëring is met dat al een der trieste hoofdstukken in de geschiedenis van ‘Nederland na de oorlog’ gebleven. Dat door gebrek aan ernstige voorbereiding en gebrek aan organisatorische capaciteit der verantwoordelijke personen voor menige uit concentratiekampen of gevangenis terugkerende Nederlander het weerzien met het vaderland behoorde tot één der smartelijkste ervaringen van de oorlog, laadt zware schuld op wie zich daarvoor mede verantwoordelijk moet weten.”[2]

Karolien Verbrugge

Bronnen

[1] M. Bossenbroek, De Meelstreep. Terugkeer en opvang na de Tweede Wereldoorlog (Amsterdam 2001) 128.

[2] H.W. Sandberg., Witboek over de geschiedenis van het georganiseerde verzet voor en na de bevrijding (Amsterdam 1950) 217-218.

verantwoording
colofon